terug naar de Slag bij Verdun pagina


Fase 4  De strijd om de flanken - de rechter Maasoever

De strijd om Fort Vaux

Als de strijd om Verdun begin maart stagneert komt de Duitse legerleiding tot de conclusie dat eerst het Franse artillerievuur vanaf de linkeroever moet worden uitgeschakeld voor dat een succesvolle doortocht naar Verdun over de rechteroever mogelijk wordt. De slag om de flanken gaat beginnen. De aanval op de linkeroever wordt uitgevoerd door het VIe Duitse Reserve Legerkorps en begint op maandag 6 maart. Op de rechteroever begint de slag op woensdag 8 maart; het aanvaldoel is fort Vaux. Deze aanval is twee dagen uitgesteld omdat de Duitsers, vanwege de abominabele terreinomstandigheden, de grootste moeite hebben hun artillerie in stelling te brengen. De Fransen hebben inmiddels de overgebleven forten weer volledig bemand en hun verdedigingslinies versterkt. De linies bij fort Vaux zijn op dit moment de sterkste stellingen aan het front. (Noot: aan Duitse zijde is zelfs het idee geopperd speciaal demontabel berggeschut in te zetten. Het idee is verworpen: voor het transport van 12 stukken had men 1.200 man nodig en meer dan 900 paarden. Een dergelijke karavaan zou onder de barre omstandigheden te kwetsbaar zijn.)

Woensdag - 8 maart De aanval op de rechteroever begint op de gebruikelijke wijze: eerst trommelvuur van de artillerie waarbij ook gasgranaten worden gebruikt, daarna volgt een massale infanterieaanval. Het Ve Reserve Legerkorps onder generaal Von Guretzky en het IIIe Legerkorps onder generaal Von Lochow moeten de aanval uitvoeren. Fort Vaux schijnt voor het grijpen te liggen maar tussen Hardoumont en Fort Vaux loopt een 100 meter diep dal. Op de bodem van dit dal ligt het dorp Vaux dat doorsneden wordt door een beek, in het westen uitmondend in een grote vijver. De aanval loopt dadelijk vast door het hevige vuur van de Fransen uit de hoger gelegen verdediging van fort Vaux. Toch krijgt het Ve Reserve Legerkorps opdracht opnieuw aan te vallen. Deze Duitse nachtaanval heeft onverwacht succes; de Fransen hebben geen aanval meer verwacht en worden overrompeld. Het dorp Vaux is nu in Duitse handen en de troepen zijn gevorderd tot de verdedigingslinies halverwege de hellingen van het fort. De aanval ontaardt echter aan Duitse kant in een chaos. In de stikdonkere nacht raken compagnieën verdwaald, officieren verdwijnen en elke communicatie ontbreekt. De Duitse troepen worden gedwongen zich in te graven door het hevige vuur vanuit de Franse linies.

In de loop van de volgende ochtend krijgt het Duitse 64e Infanterie Regiment opdracht het naast het fort gelegen Bois Fumin te bezetten omdat fort Vaux reeds in Duitse handen zou zijn. De geruchtenmolen begint te draaien. Men meldt zelfs dat er Duitse infanteristen boven op het fort te zien zijn en men meent een rood gele Duitse vlag op het fort te zien wapperen. In de loop van de ochtend komt de volgende telefonische mededeling: 'heb met 3 compagnieën fort Vaux bereikt', Dit wordt geïnterpreteerd als: 'heb fort Vaux ingenomen'.

Dit bericht gaat de wereld in en generaal Von Guretzky ontvangt de hoogste Duitse onderscheiding, de Pour le Mérite. Als blijkt dat het bericht onjuist is moet het de volgende dag herroepen worden. Alom wordt gesproken over een blamage. Het IIIe Legerkorps onder generaal Von Lochow moet deze blamage uitwissen en krijgt onmiddellijk bevel het fort Vaux definitief in te nemen. Het ondenkbare gebeurt: twee regimentscommandanten leggen het bevel naast zich neer: 'een aanval zonder artillerie ondersteuning op de flanken is zinloos'. De reservekorps van generaal Von Guretzky wordt daarna aangewezen het fort aan te vallen zonder artillerieondersteuning. Deze zinloze aanval wordt bloedig afgeslagen.

Zaterdag - 11 maart Op deze dag worden de troepen van het IIIe en XVIIIe Legerkorps eindelijk afgelost. Een ooggetuige verteld: De mannen zijn volledig uitgeput. De verliezen worden geregistreerd: doden, gewonden, vermisten, nerveuze wrakken, zieken, uitgeputte mannen. Bijna iedereen lijdt aan dysenterie. Door een uiterst gebrekkige bevoorrading vanuit het achterland waren ze gedwongen hun noodrantsoenen van gezouten vlees te gebruiken; hun dorst lesten ze met water uit de granaattrechters. Ze worden ondergebracht in het dorp Ville waar nagenoeg elke verzorging ontbreekt - ze moeten hun eigen onderkomens bouwen en krijgen een beetje cacao om de diarree te stoppen. De latrines, houten balken boven open kuilen, zijn dag en nacht bezet - de kuilen liggen vol slijm en bloed.

De eerste aanval op de rechteroever is mislukt.

Zondag - 19 maart Vanaf deze dag wordt het leger op de rechter Maasoever gereorganiseerd: de drie Legerkorpsen worden samengevoegd tot één Legerkorps (Angriffsgruppe Ost) onder leiding van generaal Von Mudra (een vestingspecialist). De strijd om fort Vaux gaat door; de Duitsers boeken kleine successen maar de verliezen zijn enorm. In de voorste linies is men niet meer bereid aan te vallen. Divisiegeneraal Von Bahrfelt meldt aan het hoofdkwartier: 'een aanval door de Xe Divisie is uitgesloten. Mijn mannen zijn volledig apathisch en volkomen uitgeput'. Dit bericht bereikt ook de opperbevelhebber Knobelsdorf. Deze moet uiteindelijk toegeven aan de druk van zijn officieren: de aanval op fort Vaux wordt opgeschort tot er verse troepen zijn aangevoerd. Generaal Von Bahrfelt wordt uiteraard vervangen.

Vrijdag - 14 april De 50e Infanteriedivisie komt het Ve Reserve Legerkorps bij fort Vaux versterken. Eind april zijn alle voorbereidingen getroffen voor de voortzetting van de slag. Generaal Von Mudra is inmiddels vervangen door generaal Von Lochow als bevelhebber van Angriffsgruppe Ost. Hij was tot dusverre commandant van het IIIe (Brandenburgse) Legerkorps, de veroveraars van fort Douaumont. Von Mudra waarschuwt hem zich niet te laten verleiden tot overhaaste offensieven die zullen leiden tot nog meer een zinloze offers. De volgende grote aanval wordt vastgesteld op zondag 7 mei, de geboortedag van de Kroonprins. De codenaam luidt: mei-beker ('Maibowle').

Beschouwing

In de Duitse legertop begon men zich ernstig zorgen te maken over de slechter wordende kwaliteit van de fronttroepen. De Duitsers hadden de gewoonte hun divisies aan hun front te brengen waar zij dan maandenlang verbleven. De verliezen werden aangevuld met jonge soldaten, vaak niet ouder dan 18 jaar, zonder enige frontervaring. De compagnie-aanvoerders smeekten hun officieren om ervaren soldaten als aanvulling te zenden: die onervaren kinderen hadden aan het front vaak geen schijn van kans.

De Fransen hadden onder Pétain een ander systeem: hun divisies werden ingezet aan het front en na kortere tijd in zijn geheel vervangen door verse divisies. Dit zogenaamde Noria-systeem had als voordeel dat de divisies veel minder uitgeput waren dan die van de Duitsers. Op deze manier was de betrokkenheid van de Fransen bij de Slag om Verdun zeer groot deel. Ongeveer 70 procent van de Franse troepen werd in de loop der tijd aan de 'vleesmolen van Verdun' blootgesteld.

Aan Franse zijde ontstond in de loop van april een crisissituatie in de legerleiding. Joffre verweet Pétain een te voorzichtige en verdedigende houding. Toen Pétain ook nog eiste dat zijn divisies een langere rustperiode kregen voorgeschreven kwam Joffre tot de conclusie dat daardoor het geplande zomeroffensief aan de Somme in gevaar zou komen. Pétain werd weggepromoveerd naar een hogere functie als opperbevelhebber van de Legergroep Midden waartoe ook Verdun behoorde. Zijn vervanger per 1 mei was generaal Robert Nivelle die bekend stond als een meedogenloze vechtjas met een voorkeur voor de frontale aanval (de 'attaque á outrance'). Eén van zijn ondergeschikten, zijn rechterhand, is generaal Charles Mangin, een keiharde frontgeneraal, die al bevelhebber aan het Verdun-front was als commandant van de Ve Divisie en die door zijn nietsontziende aanvalsdrift bekend stond als 'de slachter'. Mangin zag het als zijn voornaamste taak fort Douaumont te heroveren.

Maandag - 1 mei De beschieting van fort Vaux wordt ingezet. De Duitse legerleiding wil voordat de aanval op het fort begint, liever eerst de Franse linies in het Bois de la Caillette opruimen omdat van daaruit de aanvallers zwaar gehinderd worden bij de bestorming. Het Hoofdkwartier beslist echter dat eerst fort Vaux moet worden aangevallen. Op zondag 7 mei blijkt de Duitse aanval opnieuw mislukt; het Franse artillerievuur, geleid door kabelballonnen en vliegtuigen is te hevig; de Duitsers worden weer terug gedreven. Ook de op die dag ingezette aanval op de Thiaumont-fortificatie mislukt door het zware Franse artillerievuur. Er is die dag geen Duitse luchtbescherming aanwezig; de vliegtuigen waren niet opgestegen om de Fransen niet op het spoor te zetten van een verrassingsaanval.

De explosie in fort Douaumont

Fort Douaumont is de uitvalsbasis geworden voor alle Duitse activiteiten in de frontlinie, tegen het Bois de la Caillette, de Thiaumont-linie en later tegen Fleury. Hier zijn de munitiedepots, gewonden ontvangen hier eerste hulp, de bevoorrading vindt van hieruit plaats naar alle fronttroepen. Het fort wordt dag en nacht beschoten door de Fransen; alle activiteiten vinden 's nachts plaats omdat dan de troepenbewegingen niet waarneembaar zijn vanuit de kabelballonnen en vliegtuigen. De Franse artillerie blijft ook 's nachts de aanvoerroutes beschieten; de Duitsers verplaatsen zich tussen de vuurpauzes door.

Maandag - 8 mei 's morgens 4.00 uur. In het fort breekt grote paniek uit. Er wordt geschreeuwd: 'de zwarten komen' (Noot: met 'zwarten' werd bedoeld: de gevreesde Franse koloniale troepen die berucht waren vanwege het feit dat ze nooit krijgsgevangenen zouden maken). Kort daarna zijn er drie ontploffingen die een geweldige schokgolf door het fort jagen, veel sterker dan bij een voltreffer. In het fort ontstaat een ondoordringbaar rookgordijn met een verstikkend gas. De schokgolf heeft veel doden tot gevolg die letterlijk drie, vier rijen dik in de hoeken van het fort liggen neergekwakt; honderden Duitsers komen door verstikking om het leven.

Met veel moeite worden 100 mannen gered. Het aantal doden wordt geschat op 700 tot 800. Velen zijn niet meer te identificeren. Een aanwezige arts reconstrueert het drama: er is een voltreffer terechtgekomen op een opslagplaats voor vlammenwerperolie. Die olie is in brand geraakt door vuurtjes van het kookgerei van de Duitse troepen. Hierdoor is brand ontstaan met een zeer zware rook- en roetontwikkeling. Bijna iedereen is geheel overdekt met een dikke laag roet, vandaar de paniek: 'de zwarten komen' . In die panieksituatie zijn er handgranaten gegooid naar de vermeende binnendringers. Hierdoor zijn munitiebunkers met granaten en gifgasgranaten tot ontploffing gekomen. (Bron: Werth blz. 224-229)

De lijken kunnen vanwege de beschietingen niet buiten worden begraven en worden daarom opgestapeld in een lege munitiebunker: lijken - chloorkalk - lijken. De munitiebunker wordt dichtgemetseld en is tot vandaag de dag nog aanwezig in heb fort. (Noot: na de oorlog is op deze plaats in het fort een kapel ingericht.) De Fransen hebben trouwens niets gemerkt van deze catastrofe.

Door het hevige Franse verzet bij fort Vaux, in het Bois de la Caillette, de Thiaumont-fortificatie en de catastrofe in fort Douaumont is de operatie 'mei-beker' al in het begin mislukt.

Zaterdag - 13 mei Er is een stafbijeenkomst van de Duitse legerleiding. Men komt tot de conclusie dat de beide divisies van het IIIe Legerkorps nog voldoende aanvalskracht hebben om een korte aanval mogelijk te maken. Maar eerst moeten er versterkingen komen en men besluit ook te wachten op de aanvoer van een nieuw soort gifgasgranaten. De aanval op de rechter Maasoever wordt voorlopig opgeschort; de aanval wordt vooreerst geconcentreerd op de linker Maasoever.

Bij deze bespreking bepleit de Kroonprins het volledig staken van de aanval op Verdun. Knobelsdorf wil echter doorgaan. De reactie van de Kroonprins is: 'Ik geef dat bevel niet. Als het hoofdkwartier dat beveelt moet ik gehoorzamen, maar de verantwoordelijkheid wijs ik uitdrukkelijk van de hand'. Uiteindelijk beslist opperbevelhebber Falkenhayn op woensdag 17 mei: de aanval moet worden verlegd van de rechteroever naar de linkeroever. Maar eerst moet de Thiaumont-fortificatie worden ingenomen omdat van daaruit alles aan het Duitse front 'in elkaar geschoten wordt'. Ook Fort Vaux moet in dezelfde aanval worden veroverd.

De Franse tegenaanval op fort Douaumont

Voor het echter tot een Duitse aanval komt, ondernemen de Fransen tot verrassing van de Duitsers, een tegenaanval op fort Douaumont. Van dinsdag 16 mei tot en met zondag 21 mei wordt het fort hevig beschoten met zware kalibers en met gifgasgranaten. Op maandag 22 mei vallen twee regimenten onder generaal Mangin het fort aan. De Fransen zien kans de bovenkant te bezetten en zelfs hier en daar het fort binnen te dringen. De Franse artillerie verlegt het vuur tot voor het fort zodat de Duitsers geen versterkingen kunnen aanvoeren. De Duitsers verleggen hun artillerievuur tot achter het fort waardoor de Fransen geen versterkingen kunnen aanvoeren.

Het Duitse vuur is zo hevig dat van een Franse aanvalscompagnie van 200 man er slechts 40 het fort weten te bereiken. Twee dagen lang wordt er verbitterd gevochten. De Franse geraken numeriek in de minderheid, omdat er tijdens de aanval toch Duitse versterkingen in het fort zijn aangekomen. De Fransen raken door hun munitie heen en nadat de Duitsers een zware mijnenwerper op het fort laten vuren wordt de strijd in een verschrikkelijk handgemeen beslecht. Slechts een paar Fransen keren terug naar Verdun.

De Franse tegenaanval staat onder leiding van generaal Mangin, die zelfs halverwege de strijd wereldkundig maakt dat het fort in Franse handen is gevallen; een mededeling die later herroepen moet worden. De overhaaste aanval is slecht voorbereid. Mangin heeft zijn complete regimenten naar voren gejaagd op een zeer smal front en ook al zijn reserves ingezet. Hierdoor is tijdens de aanval in de Franse linies een gat ontstaan van 500 meter breed waardoor het Franse front ernstig verzwakt is. De Franse troepen worden in de pan gehakt, meer dan 1.000 Fransen worden gevangen genomen en er is geen enkele compagnie meer in reserve.

Generaal Mangin wordt door zijn hoogste commandant Pétain van zijn functie ontheven. (Noot: Mangin schijnt zelfs aangeboden te hebben weer als gewoon soldaat te willen dienen.) De mislukte aanval heeft een demoraliserende werking op de Franse troepen; aan de Franse zijde worden daarna meerdere gevallen van insubordinatie gemeld.

Een neutrale tijdgenoot geeft het volgende commentaar: '…dat ze in het kader van deze wereldoorlog betrokken zijn bij een gebeurtenis waar over 100 jaar nog met afschuw en ontzetting over wordt gesproken. Het is deze Hel van Verdun. Sedert 100 dagen - dag en nacht - wordt daar met de grootste hardnekkigheid en verbittering gevochten om elke meter grond tussen de zonen van twee Europese cultuurvolkeren. Het is de meest helse massamoord uit onze geschiedenis……'

De val van fort Vaux

Donderdag - 1 juli Eindelijk veroveren de Duitsers het Bois de la Caillette na een langdurig inleidend bombardement en de inzet van een groot aantal vlammenwerpers. Ook het Bois Fumin dat vlak achter het dorp Vaux is gelegen wordt grotendeels veroverd, ten koste van zware verliezen: één van de loopgraven ligt zo vol doden en gewonden dat de aanvallers over de borstwering moeten rennen om verder te komen. De grote winst van deze aanval is dat de Duitse troepen voor fort Vaux niet langer vastgepind liggen door het flankerend Franse vuur vanuit het Bois de la Caillette en het Bois Fumin. De Duitse aanval richt zich hierna op fort Vaux, een middelgroot fort dat normaal een garnizoen telt van 250 man maar waar nu 600 man aanwezig zijn. De commandant is majoor Sylvain Raynal. Hij vermoedt dat de grote aanval zal beginnen: in de morgenuren regent het granaten op het fort. Hij telt 1.500 tot 2.000 inslagen per uur.

Vrijdag - 2 juni De Duitsers zien kans het fort grotendeels te omsingelen. Ook worden een paar gangen bezet. De Fransen in het fort verdedigen zich hardnekkig en vanuit de Franse linies worden tegenaanvallen ondernomen om het fort te ontzetten. De Franse artillerie legt een spervuur op de Duitse aanvalstroepen die daardoor in dekking moeten blijven liggen en niet kunnen oprukken.

Zondag - 4 juni Duitse vlammenwerpers worden ingezet om de Fransen uit te roken maar dit mislukt omdat door de tocht in het fort de rookwolken naar buiten slaan en de aanvallers belemmeren in hun acties. De Fransen ondernemen opnieuw een aantal tegenaanvallen maar ze worden opgewacht door Duitse versterkingen die in man tegen man gevechten de aanvallers terugdrijven. Het Franse bombardement belemmert de Duitsers opnieuw in hun bewegingen.

Maandag - 5 juni Meter voor meter dringen de Duitsers het fort binnen waar de Fransen zich standvastig verdedigen vanachter barricades van zandzakken. Majoor Raynal organiseert de verdediging op heldhaftige wijze. Zijn voornaamste zorg is de beperkte hoeveelheid drinkwater die in het fort beschikbaar is. De inhoud van de watertank is veel minder dan het peilglas aangeeft: het rantsoen van een liter per dag wordt daarop teruggebracht tot 1/8 liter, de gewonden krijgen het dubbele.

(Noot: ook de Duitsers lijden onder het gebrek aan drinkwater. De juni maand begint met hoge temperaturen en drinkwater is schaars op het slagveld; alles moet worden aangevoerd. Daarnaast bevatten explosieven de chemische stof lyddiet die zeer dorstverwekkend is. Er zijn zelfs verhalen in omloop dat Duitsers op het slagveld van Verdun sigaretten en sigaren ruilden met de Fransen voor veldflessen met drinkwater.)

Commandant Raynal zendt postduiven uit met de smeekbede versterkingen te zenden. Soms ziet een compagnie kans het fort te bereiken; in één zo'n geval zijn er van de oorspronkelijke 170 man nog 26 man over. Duitse pogingen om het fort op te blazen worden verijdeld door gericht Frans artillerievuur vanuit het nabij gelegen fort Souville.

Dinsdag - 6 juni De omstandigheden in het fort zijn verschrikkelijk: de atmosfeer is volkomen verpest door oliedampen en stof; het is er aardedonker. Regelmatig breken paniekaanvallen uit als men een gasaanval vermoedt. De mannen worden gek van de dorst: ze likken het condenswater van de muren en sommigen drinken hun eigen urine. De stank is onverdraaglijk omdat de latrines niet bereikbaar zijn; in alle hoeken liggen uitwerpselen. Raynal besluit uiteindelijk tot overgave.

Woensdag - 7 juni Er verschijnt een witte vlag op het fort; een Franse ordonnans brengt een brief voor de Duitse aanvalsleider, luitenant Rackow. Majoor Raynal vraagt om een eervolle overgave voor zijn garnizoen. Dit wordt toegestaan en het garnizoen geeft zich over op correct militaire wijze, met gepresenteerd geweer. De Fransen worden met alle egards behandeld - souvenirs worden uitgewisseld - er worden foto's gemaakt. De Kroonprins ontvangt Raynal om uitdrukking te geven aan zijn bewondering voor de heldhaftige tegenstand en schenkt hem zijn eigen degen bij wijze van eerbetoon. (Noot: na Pétain is Raynal, samen met Driant, de bekendste held van Verdun. Toen Raynal in 1939 stierf kreeg hij een staatsbegrafenis.)

Donderdag - 8 juni Onmiddellijk beginnen de Fransen met tegenaanvallen om fort Vaux te heroveren. In het volledig kapotgeschoten terrein rondom het fort wordt hevig gevochten in man tegen man gevechten. De Franse artillerie legt na elke aanval het fort onder een zodanig zwaar spervuur dat de Duitsers zich in het fort moeten terugtrekken. Dag en nacht gaan de gevechten door. Na tien aanvallen wordt de strijd gestaakt en trekken de Fransen zich terug; het strijdtoneel is overdekt met Franse doden. Pétain is woedend over deze zinloze aanvallen en verbiedt Nivelle verdere pogingen om fort Vaux te heroveren.

Zo snel mogelijk wordt fort Vaux ingericht als Duitse uitvalsbasis compleet met munitiedepots en een eerste hulppost. De bevoorrading verloopt uiterst moeizaam; alles moet met mankracht naar boven worden gebracht onder voortdurende zware beschietingen van de Fransen. Een van de grootste problemen betreft de latrines in het fort die volledig verstopt zijn en een afschuwelijke stank verspreiden. Deze stank wordt bestreden met chloorkalk waarvan de geur zich weer vermengd met de ontbindingsstank van het slagveld. De Duitsers doen hun behoeften met hun gasmasker op. (Noot: voor gevechtsperiodes krijgen de Duitse soldaten speciale hoge-nood-zakken uitgereikt waarin zij hun behoeften kunnen doen zonder hun post te verlaten. Bron: Werth).


terug naar de Slag bij Verdun pagina