terug naar Gedichten


De gevechtsvlieger

Ik ging voort naar het nu weer hoogwuivende gras
Waar de krijger in vlammen gevallen was
Van 't ontzaggelijk wolkenruim;
Ik ging voort of een razende wind mij droeg
Tot alles in 't rond naar de laagte sloeg.
Toen brak opnieuw die rode pluim.

De wind joeg mij ver van het zinkend land.
Ik dreef in het zog dier helse brand,
Ik volgde 't verstikkend spoor.
In de rook, die ze sidderend achterliet,
Zwierf hij kermend om. Hij herkende mij niet.
Ik riep. Hij gaf geen gehoor.



Hendrik de Vries (Silenen - 1928) 
Dit gedicht is opnieuw uitgegeven in de bloemlezing 'Hoor! Zo is nooit gezongen! Hoor! onder de redactie van Willem Wilmink bij Bert Bakker in 1986.



terug naar Gedichten